Ervaringen uit de leernetwerken: diversiteit en interreligieuze geestelijke verzorging - leren om het samen te doen

 

Nederland is levensbeschouwelijk steeds diverser van samenstelling. Daarnaast hebben veel mensen geen taal meer voor hun zinervaringen. Wat betekent ‘aansluiten bij de ander’ dan voor een geestelijk verzorger? We spreken deelnemers uit het leernetwerk 'Levensbeschouwelijke diversiteit'.

Door Karin Seijdell

Paul van Loenen is geestelijk verzorger bij Bartiméus. Hij is daarnaast betrokken bij het leernetwerk als onderzoeksmedewerker. Hij werkt daarin samen met onder andere ervaringsdeskundige Koos Scholtens. Karin spreekt hen over hun enthousiasme voor het leernetwerk over diversiteit en interreligieuze geestelijke verzorging.
Koos Scholtens is 68 jaar en gepensioneerd. Rond zijn veertigste werd zijn loopbaan in het onderwijs gekortwiekt vanwege chronisch-ernstige migraine. Dit leidde tot afkeuring en ontslag. Daarna heeft hij bijzonder zand verkocht, onder andere in Frankrijk. Na zijn pensioen werkte hij voor bedrijven die meer reuring en naamsbekendheid willen, onder andere met behulp van LinkedIn.

Koos: “Ik hoorde voor het eerst van geestelijke verzorging 50 jaar geleden in militaire dienst. Daarna 49 jaar niet meer, tot een jaar geleden, toen iemand me vroeg of ik mee wilde doen met een onderzoek over geestelijke verzorging bij mensen die chronisch lijden. Dat heette 'In dialoog met je levensverhaal'. Ik bleek een van de eerste proefkonijnen. Dit beviel me zo goed dat ik, toen het rapport klaar was, betrokken bleef. Ik zie heel veel gemotiveerde mensen die over zingeving nadenken en wil graag meedenken. Het verbaast me dat ik daar mijn hele leven zo weinig van gehoord heb.”

Wat is volgens jullie de kern van het leernetwerk?

Het is nadenken over of en hoe je interreligieuze geestelijke verzorging kunt 'organiseren'. Koos: “Ik heb het idee dat interreligieuze geestelijke verzorging meer ter sprake komt. Als je bij mensen thuis komt, kom je de religieuze diversiteit nog meer tegen, nog meer dan in instellingen. Geestelijk verzorgers komen bij mensen in hun 'hele' leven terecht en niet in of vanuit een bepaalde zuil.”

Paul van Loenen
Paul van Loenen, geestelijk verzorger en
onderzoeksmedewerker van het leernetwerk

Paul: "Het gaat enerzijds om de aansluiting bij het hele leven van de ander en anderzijds om het inbrengen van de eigen levensbeschouwelijke bronnen. Dat luistert nauw, want hoe doe je dat?"

Wat is de opbrengst tot nu toe?
"We hebben verschillende bijeenkomsten gehad waarin we in eerste instantie presentaties kregen over verschillende methodieken, namelijk de spirituele autobiografie van Jannet Delver en Lenneke Post, de spelmethode ‘Tussen zon en maan’ van Christa Anbeek, de verbeeldingscyclus van Hans Alma en het werk van Aad de Jong over de participatiegedachte. Op basis van die vier modellen kijken we met behulp van de basismethodiek van Job Smit vanuit zijn proefschrift ‘Antwoord geven op het leven zelf’ of het een verdieping kan krijgen. Daarvoor is het belangrijk om te weten hoe je nu aansluit bij de ander en hoe je dat vormgeeft in de gespreksvoering."
"Het model van Job Smit geeft weer hoe je contact maakt. Je komt aan, je nadert iemand, dan verdiep je. Uiteindelijk kom je bij de kern, het spirituele, dat meer met ‘laten’ van doen heeft. En dan ga je verbinden: wat zegt dit voor de toekomst? En dan kun je het geheel vieren: het gesprek vieren, daar eventueel ook ritueel vorm aan geven. En het geheel geven we een inbedding in de zorg. Dat zie je ook terug in het zoekschema dat we aan het creëren zijn.

Koos Scholtens
Koos Scholtens, ervaringsdeskundige

"We hebben patiënten, zorgverleners en geestelijk verzorgers gevraagd wat ze zelf verstaan onder interlevensbeschouwelijkheid. Dit hebben we ook met het leernetwerk besproken. De vraag die toen boven kwam: is interlevensbeschouwelijkheid binnen algemene geestelijke verzorging een actueel thema? We zagen hierin dat het dan met name gaat om het aansluiten bij de impliciete en expliciete bronnen van de gesprekspartner."

Koos: "Tot nu toe heeft het me opgeleverd dat ik het jargon beter ken en dat ik beter zie dat geestelijk verzorgers iets heel moois in de aanbieding hebben. 'We luisteren het probleem naar voren', hoorde ik. Dat zegt mij niet zo veel. Als ik zeg tegen vrienden hoe veel het me verrijkt heeft, die gesprekken, dan raken ze geïnteresseerd. Het helpt me om in het leernetwerk mee te denken, samen te werken, en dan de verbinding te leggen naar mensen in mijn leeftijdscategorie. Het jargon is meer voor naar 'boven'. Ik denk meer 'naar beneden'. Ik gun het iedereen, een ander perspectief. Dat is wat mij betreft de vraag: Welke gesprekken gunnen we mensen om 'prettig' na te denken over zingeving?”

Paul: “In het leernetwerk zitten verschillende doctoren en professoren. Dit is mooi, maar ook een uitdaging: de meesten van ons zijn filosofisch-theologisch geschoold. Koos houdt ons een spiegel voor, houdt ons dicht bij de praktijk. Het is heel mooi om hierin gezamenlijk op te trekken.”

Paul: "Ik leer dat we het samen doen. We hebben echt iedereen nodig: patiënten, onderzoekers, zorgverleners en geestelijk verzorgers. Daarom is er bijvoorbeeld ook een huisarts lid van ons leetnetwerk. Hoe werkt de taal in de verschillende lagen van de zorg? Samen is heel verrijkend en echt een kracht in ons leernetwerk."

Plannen voor de komende tijd
Koos: “Ik blijf mijn bijdrage leveren. Wat me bezighoudt is: hoe profileer je geestelijke verzorging, bijvoorbeeld op LinkedIn? Hoe krijg je veel beter in beeld dat je mensen helpt, al veel eerder dan in de crisis? Dat geestelijk verzorgers tijd voor je maken? Om dat kenbaar te maken aan een veel bredere groep mensen, die wellicht ook op LinkedIn zitten of weer iemand kennen die ze dit gunnen. Het zou mij wel boeien om te kijken hoe je meer reuring krijgt. Ik gun mensen een geestelijk verzorger! Of beter gezegd: ik gun ze 'zinnige' tijd voor zichzelf. Op latere leeftijd, of al eerder. Het verrijkt.”

Paul: “Komende tijd werken we eraan om onze inzichten te vertalen naar een praktische en creatieve vorm om er verder mee te kunnen gaan. Een zoekbal, of een kaartenset. We willen een opzet van trainingen gaan onderzoeken. En wat komt er nu uit het leerproces? Daar werken we hard aan, zodat we op het Kennisfestival op 24 november iets moois kunnen presenteren. Daar leven en werken we geïnspireerd naar toe!”

 

Op vrijdag 24 november is het Kennisfestival, waarin alle leernetwerken hun leerervaringen en opbrengsten delen. 

 

<  Terug

Contactgegevens

Wil je meer weten of heb je een opmerking?
Neem contact met ons op via:

info@kenniswerkplaatszingeving.nl

 

 

Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door: